Ik was erg onder de indruk van het boek ‘Here comes everybody‘ van Clay Shirky en blij om zijn tweede boek Cognitive Surplus te lezen tijdens de (lekker lange!) kerstvakantie. Ik zeker genoten van het lezen, want Shirky is erg goed in het doorgronden van sociale veranderingen als gevolg van technologische vernieuwingen en dit toe te lichten met schitterende voorbeelden. Aan de andere kant, ik miste een paar antwoorden die ik onbewust had gehoopt te vinden..…
Eerst belicht ik een aantal belangrijke punten uit het boek, daarna de vragen die ik nog heb:
* Mensen genieten van het maken en delen van dingen. Sociale media maken dat mogelijk op een wereldwijde schaal. Zo hebben we collectief een enorme denkkracht (wat Shirky cognitive surplus noemt). Shirky geeft een historische analyse van gin (= jenever?) als smeermiddel voor de industrialiserende samenleving in de vorige eeuw-chaotisch en verstedelijkt. Het hielp mensen in Londen om te gaan met het verstedelijkte leven. Geen wetten hielpen om de overmatige gin consumptie in te dammen. Wat wel hielp was dat er nieuwe hulpvormen ontstonden en de overheid meer ging luisteren naar behoeften. Daarna verminderde de jenever consumptie. De jenever van onze tijd is de televisie met mensen die duizenden uren in totaal naar televisie kijken. Dit is onze cognitieve overschot! Sociale media tappen dat overschot af en zorgen dat mensen op een andere manier hun vrije tijd gaan invullen, door het maken van dingen en dit online te delen, creatief bezig zijn. Dit kan worden leiden tot leuke dingen (het delen van een video van uw kat) of nuttige dingen (zoals wikipedia-een online encyclopedie).
* Met het gemak van publiceren via sociale media neemt de gemiddelde kwaliteit van het schrijven af, maar experimenteren en diversiteit neemt toe en de beste werken wordt beter dan voorheen. Het andere voorbeeld is de introductie van lettertypes in de drukkunst door Gutenberg in de vijftiende eeuw. Dit leidde tot een overvloed aan boeken. Het eerste wat gebeurde was dat er meer bijbels werden gedrukt. Het duurde enige tijd voordat ook nieuwe boeken werden gepubliceerd, en later romans, kranten, wetenschappelijke tijdschriften. Edgar Allan Poe merkte indertijd op dat de vermenigvuldiging van boeken een groot kwaad is, omdat het leidt tot een stapel boeken met veel nutteloze informatie ertussen. (herken je de klachten over sociale media- grappig he!). Een grotere vrijheid om te publiceren verlaagt de kwaliteit. Maar het verhoogt experimenteren en verspreiding. Een opvallende gelijkenis met sociale media nu. Veel vrijheid om te publiceren met een lagere gemiddelde kwaliteit ook! Toch leidt het uiteindelijk to experimenteren, meer diversiteit en uiteindelijk hogere kwaliteit.
* Intrinsieke motivatie: mensen neigen naar ervaringen die hen belonen met het gevoel autonoom te zijn, of competent te zijn. Ook het gevoel ergens bij te horen. Sociale media biedt die ervaring. Dit verklaart de massale aantrekkingskracht van sociale media. Elk succesvolle voorbeeld van sociale media appelleert aan deze intrinsieke motivatie. De hoeveelheid mensen die vrijwillig samen werken (denk aan voorbeelden zoals de open source software of wikipedia) is verbazingwekkend. Veel mensen vragen zich af waarom ze dit doen of waarom mensen alles online zetten. Dit komt omdat onze theorieën waren gebaseerd op het idee dat mensen werken voor persoonlijke en financiële motieven, niet gratis. En denk ik zelf, op het idee dat je intieme zaken privé houdt voor jezelf.
* De dingen die mensen doen met social media kun je indelen in verschillende groepen op basis van het soort waarde wat wordt gecreëerd. Dit kan zijn persoonlijke, community, publieke of maatschappelijke waarde. Persoonlijke waarde wordt gecreëerd door hobbyisten, terwijl community waarde gecreëerd wordt door een groep mensen die werken aan een aantal gemeenschappelijk belang of doel. Publieke waarde wordt toegevoegd als producten open zijn voor het publiek (zoals de Apache Software is als voorbeeld genoemd). Ten slotte wordt maatschappelijke waarde gecreëerd door groepen proberen om de maatschappij te veranderen. Zie bijvoorbeeld de twee voorbeelden van mijn Engelse blogpost over digital natives.
Laat ik nu denken over mijn vragen die niet beantwoord worden door dit boek:
1. Hoe zit het met onze evolutie als mensheid? Is het samenwerken via internet hoger op de Maslow ladder, een nieuw puntje op de pyramide? Zijn mensen fantasierijker of creatiever door veelvuldig gebruik van sociale media? Zijn we beter in staat om globaal te denken kunnen we ons inleven? En welke vaardigheden verliezen we?
2. Hoe zal dit van invloed zijn op het omgaan met mondiale thema’s als armoede, crisis, de klimaatverandering? Zal het collectieve vermogen om samen te werken de aanpak versnellen, verbeteren? Of blijven belangentegenstellingen overheersen?
3. Hoe zijn de sociale media van invloed op wetenschap en multidisciplinariteit? grenzen tussen beroepsgroepen?
4. Wat is onze intrinsieke motivatie, hoe is het gevormd? Welke issues maken we ons druk over? Dus welke richting zal de waarde gecreëerd door de cognitieve overschot vooral opgaan? Wat is de rol van leiderschap in deze?
5. Hoe zit het met de ontwikkelingen in een maatschappij doordat groepen boze burgers zich sneller kunnen organiseren? En de snelheid van de transformatie?
Als u het antwoord op deze vragen, laat dan een reactie:). Misschien wel veel stof om zo te behappen, maar dan is het goed om het boek te lezen, Shirky leest makkelijk.
Dag Joitske,
Ik ontdek net je blog en site. En dit nu ontdekken maakt pijnlijk duidelijk dat ik hier de laatste jaren iets gemist heb…
Ook ik ben fan van Clay Shirky en ik brijp je vragen die je op het einde van je artikel stelt voor 100%. In mijn boekproject ‘The New Trade’ hoop ik hier (misschien deels) een antwoord op te kunnen geven.
Kijk op http://www.linkedstories.com voor meer info over het boek dat ik momenteel aan het crowdresearchen ben.
En als je interesse hebt om deel uit te maken van de crowd stap dan zeker in het project als “believer” en “member of the editorial board”.
Story on!
Raf